‘U heeft een te hoog cholesterol.’ Regelmatig komt het voor dat mensen zo naar huis gestuurd worden. Maar wat betekent dat, een te hoog cholesterol? 

Goed en slecht cholesterol
Er wordt onderscheid gemaakt tussen LDL (lage dichtheids lipoproteïne) en HDL (hoge dichtsheids lipoproteïne). HDL is het 'goede' cholesterol, LDL het 'slechte', omdat het cholesterol kan laten ophopen in de vaatwand. Dat kan op zijn beurt leiden tot vernauwing en uiteindelijk tot afsluiting van de bloedvaten. Hierdoor kunnen hart- en vaatziekten ontstaan.

Waar komt dat slechte cholesterol vandaan? 
Er zijn drie soorten vetten: verzadigde vetzuren (bijvoorbeeld in spek, slagroom en roomboter), enkelvoudig onverzadigde vetzuren (bijvoorbeeld in olijfolie) en meervoudig onverzadigde vetzuren (bijvoorbeeld in vette vis als zalm, makreel en haring). 

De verzadigde vetzuren in onze voeding hebben een verhogend effect van het slechte cholesterol. De onverzadigde verlagen dit juist. 

Naast voeding kan een verhoogd cholesterolgehalte komen door erfelijke factoren, ziekten als suikerziekte, lever- en nierziekten of een trage schildklier. 

Wat kunt u zelf doen om dit te verlagen?
Allereerst uw levensstijl aanpassen: 

• Gezonde voeding (niet te veel verzadigd vet)
• Matig met suiker en zout
• Niet roken
• Minderen met alcohol 
• Leren omgaan met stress 
• Meer bewegen 
• Minstens 1,5 liter water drinken